Enig resultaat
Sinds het neolithicum, meer dan 7000 jaar geleden, komt aardewerk voor. Lange tijd werd dit met de hand gevormd en kwam er geen draaischijf aan te pas. Verschillende technieken werden gebruikt om met de hand potten te maken, zoals door rollen of lappen klei aan elkaar te hechten. In elke periode en elke cultuur had het aardewerk specifieke kenmerken.
Typische versieringstechnieken in de bronstijd en de ijzertijd zijn het aanbrengen van bijvoorbeeld vingerindrukken, groeven of een besmeten oppervlak, waarbij klodders klei zijn aangebracht.
Deze vaas is een verwijzing naar handgevormd aardewerk met vingerindrukken.
Dit windlicht is een verwijzing naar de knobbelbeker. Dit zijn glazen bekers die voorkomen in laat 16de-eeuwse of 17de-eeuwse archeologische contexten. De wand van de knobbelbeker is versier met een reliëfpatroon in de vorm van druppels, tranen, diamanten, wratten of … knobbels. Net zoals bij dit windlicht.